vanaf zijn kindertijd molk hij de koeien
de volle uiers herkenden zijn hand
dat patroon werd door een lief onderbroken
hij koos voor haar, liet thuis het gras maar groeien
toch kwam hij t’rug, zocht ruimte in het noorden
een terp, de watersnood had hij geroken
wat hij deed leek op emigreren in
die tijd, vreemd waren hem de eerste woorden
na jaren maakten koeien plaats voor paarden
met verve speelde hij in ’t fries toneel
en met de keu was hij soms opzienbarend
graag stond hij vroeger buiten voor een praatje
de laatste jaren meed hij meer de straat
zocht gelaten zijn eigen gang te gaan
peter vermaat